Het gemoedelijk ogende kasteel Carbonnieux stamt uit de 13e eeuw en behoort daarmee tot de oudste bezittingen rond Bordeaux. Bekend is dat er vanaf het begin al wijn werd gemaakt. In 1787 bracht de toenmalige president van de USA, Thomas Jefferson, een bezoek aan het toen al gerenommeerde Château Carbonnieux. Jefferson was een fervent liefhebber van de beste Bordeauxwijnen. Na twee wereldoorlogen en een slechte economische situatie kocht Marc Perrin in 1956 het totaal verwaarloosde kasteel, waarvan ook de wijngaarden grondig herplant moesten worden. Het totale domein omvat 170 ha land en momenteel beschikt men over 92 ha wijngaard. De bodem voor rood is klei/kiezelhoudend. De 50 ha zijn gemiddeld 27 jaar oud en beplant met cabernet sauvignon 60%, merlot 30%, cabernet franc 7% en petit verdot en carmenère samen 3%. Voor wit is 42 ha op een sterk kiezelhoudende kalksteen/klei bodem beplant met 65% sauvignon blanc (en een beetje sauvignon gris) en 35% semillon. De gemiddelde leeftijd is hier 30 jaar. Men experimenteert met biologische wijnbouw. Jaarlijks verlaten zo’n 180.000 flessen wit en 200.000 flessen rood de kelders. Er wordt ook een 2e wijn gemaakt onder de naam La Croix de Carbonnieux en Château Tour Léognan.